Inleiding en leeswijzer
Het college legt in het jaarverslag en in de jaarrekening (jaarstukken) verantwoording af over de uitvoering van het door de gemeenteraad vastgestelde beleid.
In de Begroting 2020 hebben de programma’s een nieuwe indeling gekregen. In overleg met u is aansluiting gezocht bij de taakvelden zoals deze in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) zijn opgenomen. De indeling van jaarverslag en jaarrekening 2020 is daardoor ook gewijzigd. Aan de hand van de 3 W-vragen lichten we hierna de belangrijkste wijzigingen toe.
In deze jaarstukken hebben we overigens ook een nieuwe paragraaf toegevoegd. In paragraaf 9 geven wij u een samenvattend overzicht van de in deze jaarstukken opgenomen informatie met betrekking tot COVID-19.
De 1 e W-vraag: Wat hebben we bereikt?
In de begroting hebben we de doelen voor 2020 benoemd en genummerd. In het jaarverslag leggen we over die doelen verantwoording af.
U treft bij dit onderdeel ook de tabel met (veelal verplichte) indicatoren aan. Veel van de informatie over de indicatoren is afkomstig van de website www.waarstaatjegemeente.nl. We constateerden de afgelopen jaren en ook nu weer dat veel van de informatie op deze website niet actueel is. Wanneer informatie voor het jaarverslag niet beschikbaar is, hebben wij dat – conform de richtlijn van het BBV hierover – aangegeven in de tabel. In sommige gevallen is dan onder de tabel de meest recente informatie opgenomen.
De 2 e W-vraag: Wat hebben we gedaan?
In de begroting hebben we per doel de activiteiten puntsgewijs beschreven. In het jaarverslag leggen we over die activiteiten puntsgewijs verantwoording af. In sommige gevallen leggen we verantwoording af over activiteiten die niet expliciet in de begroting waren opgenomen. In dat geval hebben we dat als extra punten toegevoegd en de tekst cursief afgedrukt.
De 3 e W-vraag: Wat heeft het gekost?
Ten opzichte van de begroting presenteren we in het jaarverslag/de jaarrekening de informatie in een andere volgorde.
We starten bij ieder programma met het financiële resultaat. Wat was het uiteindelijke voor- of nadeel op het programma. Het gaat dan om het verschil tussen begroot en werkelijk.
Vervolgens lichten we per taakveld de belangrijkste verschillen tussen begroot en werkelijk toe. We hanteren daarbij een ondergrens van € 50.000. Zijn er op een bepaald taakveld geen belangrijke verschillen te verklaren, dan is dat taakveld niet meer in het pdf-document van de jaarstukken 2020 opgenomen. Op de website van de jaarstukken kan die informatie niet worden verwijderd en is voor het betreffende taakveld de standaardtekst opgenomen “Geen significante afwijkingen op deze budgetten.” Daarnaast zijn alle baten met een positief bedrag weergegeven en alle lasten met een negatief bedrag.
Na de toelichting op de belangrijkste verschillen tussen begroot en werkelijk is de tabel van lasten en baten van het programma opgenomen. Onder die tabel worden dan de toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves gespecificeerd en is het overzicht personele inzet opgenomen.
Jaarrekening 2020 t.b.v. accountantscontrole
In de jaarstukken 2019 was de tabel "Wat mag het kosten" zowel in het jaarverslag als in de jaarrekening opgenomen. Om zoveel mogelijk te voorkomen dat dezelfde informatie op verschillende plaatsen in de jaarstukken wordt opgenomen, hebben we dit in de jaarstukken 2020 aangepast.
De jaarrekening 2020 t.b.v. accountantscontrole bestaat uit:
- de balans met toelichting
- het hoofdstuk algemene dekkingsmiddelen, vpb en onvoorzien
- het overzicht overhead
- het overzicht taakvelden baten en lasten
- de SiSa-bijlagen
- en de bij de programma's opgenomen toelichtingen bij de 3e W-vraag "Wat heeft het gekost?".